Blog
Myspace
Betekenis
Kiezen
Wat zagen zij?
Twee van de drie Italiaanse heren in mijn gezelschap bleken ‘Massai’schoenen te dragen en vertelden hun eigen verhaal over de invloed van de manier van lopen op hun gezondheid. Even later beschreef een van hen hoe Roland Barthes in Het rijk van de tekens over de Japanse pachinkohallen vertelt. Hoe verslaafd sommigen aan dat spel met de metalen balletjes in kastjes ook zijn; velen gaat het schijnbaar meer om de kwaliteit van hun spel, dan om de winst die ze er in theorie mee kunnen maken. Ondertussen verdienen de eigenaars van de gokhallen (niet zelden yakuza) natuurlijk bakken met geld aan deze training. Toen we na het diner weer over straat liepen, veronderstelde de klarinettist van het stel een mogelijk verband tussen de grachten in Nederlandse steden en het sociale leven dat er een gevolg van zou zijn. Daar had ik even geen antwoord op.
Even tevoren had ik in de laatste zachte streep zonlicht tussen hoge huizen door, op een brug in het hart van de stad, op hen staan wachten. Nadat de zon achter de daken verdwenen was, had ik me een halve slag gedraaid en ineens de Groeten uit Utrecht gezien: een uitzicht waar ik in de afgelopen 20 jaar dat ik hier woon, nooit bij had stilgestaan. Later liet ik mijn gezelschap meekijken en ze vonden het prachtig. Maar wat zagen zij? Wat zagen wij eigenlijk gisteravond?
Uit de leeszaal (7)
‘In de herfst van het tweede jaar van zijn gevangenschap zijn Casanova’s voorbereidingen zo ver gevorderd dat hij de ontsnapping kan gaan plannen. (…) Om de precieze dag en het precieze tijdstip vast te stellen raadpleegt Casanova de Orlando furioso van messer Ludovico Ariosto (…). Eerst schrijft hij de vraag op waarom het hem gaat, van de cijfers die de woorden daarvan opleveren vormt hij een omgekeerde piramide, en dan komt hij in drie stappen, door van elk cijferpaar het cijfer 9 af te trekken, uit bij de eerste regel van de zevende strofe van Canto 9 (…) die luidt: Tra il fin d’ottobre e il capo di novembre. Deze tot op de minuut nauwkeurige informatie is voor Casanova de beslissende aanwijzing, want in het ongehoorde van zo’n coïncidentie ziet hij een wet aan het werk die zelfs voor het helderste denken niet toegankelijk is en waaraan hij zich dus onderwerpt. Voor mij is deze poging van Casanova om met een schijnbaar willekeurig spel van woorden en cijfers het onbekende te doorgronden, aanleiding geweest om in mijn eigen agenda terug te bladeren, waarbij ik tot mijn verbazing, ja, tot mijn schrik constateerde dat de dag in het jaar ’80 waarop ik, lezend in de aantekeningen van Grillpalzer, in de bar aan de Riva degli Schiavoni tussen hotel Danieli en de Santa Maria della Visitatione, niet ver van het dogepaleis dus, de laatste dag van de maand oktober was, dus een verjaardag van de dag, beter gezegd nacht, dat Casanova met de woorden E quindi uscimmo a rimirar le stelle op de lippen het loden pantser van de krokodil doorbrak.’
[W.G. Sebald, Duizelingen, p. 52-54]